Vriendinnen
Vanmiddag is het vijf jaar geleden dat ik wegliep uit de kamer. Bij de deur keek ik een laatste keer om naar het ziekenhuisbed in de hoek en zwaaide. Met een loeizwaar hart draaide ik mijn hoofd terug. Wetende dat ik haar nooit meer zou zien.
Ik heb sindsdien vele schrijfsels aan haar gewijd. Aan mijn twijfel, mijn zoeken, mijn gevecht tussen hart en hoofd. Rouwen viel rauw op mijn dak toen er geen instructie voor bleek.
Het vinden kwam pas toen ik stopte met zoeken. Met de jaren ontstond mijn eigen handleiding. De ruis van denken dat het zus of zo zou moeten vervaagde. Het idee dat verdriet van anderen voorging verdween. Er kwam plaats voor de herinnering hoe ik me bij haar voelde. Open. Eerlijk. Diep verbonden.
Maar met het schrijven over vriendinnetje, het zoeken naar woorden om onze vriendschap te eren, steeds weer, werd er één gedachte in mijn hoofd luider. Doe ik mijn levende vriendinnen niet tekort door al vijf jaar lang te schrijven over die ene dode? Waarom schrijf ik zo gemakkelijk over haar en niet over anderen (die ik nog wel kan bellen)?
Als zelfreflectionist dacht ik er vaak over na. Idealiseer ik onze vriendschap? Buit ik het uit omdat schrijven over rouw goed gelezen wordt? Of, de meest confronterende; kan en durf ik me nog zo te verbinden als toen?
Zij ging dood, ik ging een vriendin verliezen en omdat beide uitgangsposities vrij uitzonderlijk waren – helemaal voor meiden van dertig – was er ruimte. Ruimte om te zoeken, te proberen te begrijpen, te zeggen en toch anders te bedoelen. De tijdsdruk van de dood op haar hielen gaf mij een mate van moed die ik niet eerder gekend had. Ik sprak alles uit. Zij werd een meester in ontvangen. Onze vriendschap verdiepte zich ongekend.
Ik mis mijn moed van toen.
Is er met het verliezen van vriendinnetje iets dichtgegaan in mij? Is de verlatingsangstige in mij bang geworden meer te verliezen en ben ik daardoor veel op afstand gaan houden? Of is het inherent aan vrouwenvriendschappen in de fase waarin mijn vriendinnen en ik verkeren; het bestieren van een jong gezin?
Ik denk dat we als vrouwen, als we moeder worden, allemaal ervaren hoe het is om je de absolute eindverantwoordelijke te voelen. Degene die het op moet lossen. Degene die moet dóen. Bij dragen, baren of borstvoeden kunnen we eenmaal niet zeggen ‘joh kan iemand anders het even overnemen hiero, ik trek het niet meer’. We maken ons hard, we moeten er staan, we ploeteren door.
Misschien nemen we die modus mee in onze vriendschappen. Willen we ook bij anderen wegpoetsen, oplossen, dóen.
Ik worstelde er in mijn eerste tijd als moeder mee. Goedbedoelde opmerkingen trokken diepe sporen door mijn moederziel. ‘Dit is niet oké, je moet iets dóen, dit kan zo niet langer’, toen twee vriendinnen me in de hoogtijdagen van het niet-slapen als verrassing meenamen voor een hart onder mijn riem, maar het voor mij voelde als een strenge interventie.
‘Je bent zo veranderd sinds je moeder bent, zo onzeker geworden’, toen ik na een slapeloos jaar net een week klaar was met borstvoeding.
‘Wanneer begin jij aan een tweede?’ toen ik voor mijn gevoel de brokstukken van bevalling één nog bij elkaar aan het rapen was.
Goedbedoelde adviezen en achteloze opmerkingen die mij dieper raakten dan ik durfde toegeven. Ik voelde me ongezien. Onbegrepen. Moederziel alleen.
En waarschijnlijk heb ik andersom hetzelfde gedaan. Met ogenschijnlijk simpele adviezen weg willen poetsen bij andere moeders. Oplossen. Wegwuiven. Omdat wuiven simpeler is dan luisteren.
Had ik de moed om me uit te spreken zoals ik dat bij vriendinnetje deed? Neen. Werd het lastig me open te stellen? Ja. Ben ik weggedoken in de veiligheid van mijn eigen gezin? Ik denk het wel.
Mijn man en zoon zijn mijn vesting geworden, de plek waar ik mezelf kan zijn, mijn nieuwe zelf, waar ik me veilig voel. Mijn ophaalbrug is omhoog en ik kan me niet herinneren wanneer ie naar beneden is geweest. Wanneer ik open heb durven staan voor écht contact.
Ik mis de ruimte van toen.
In onze volle levens met jonge kinderen is er weinig ruimte voor een goed gesprek. Even landen. Er gewoon zijn.
Dus misschien probeer ik iedere keer als ik over vriendinnetje schrijf, ruimte te creëren voor hoe ik me destijds bij haar voelde. Open. Eerlijk. Diep verbonden.
En is deze column een schop onder mijn eigen kont om een gesprek met elk van mijn vriendinnen aan te gaan. Hoe gaat het nou echt met je? Voel je je gehoord door mij? Heb ik wel eens dingen gezegd die je geraakt hebben? Om mijn ophaalbrug weer eens bewust te laten zakken.
Ik weet zeker dat er iemand, van boven of waar dan ook, vandaag met een tevreden glimlach meeleest.
Einde bericht.
Denk je ‘Dit was leuk, ik wil méér blogs lezen’… klik dan hier.
Mooi Saskia, en ook herkenbaar!
Heel mooi weer, en ook herkenbaar.
Aaah wat bijzonder dat ook dit herkenbaar is. Zo grappig dat ik steeds opnieuw mag ontdekken dat we dus echt niet alleen zijn in wat we voelen. Dat als ik erover schrijf, steeds weer blijkt dat meer mensen soortgelijks ervaren.. Dank je wel voor jullie reacties!
Super mooi omschreven Sas en ik denk dat veel vrouwen zich hierin gaan herkennen.
Liefs Sanne
Yes, ook dit is volledig herkenbaar.
Mooi beschreven ?
Dank je wel Eva!
Het raakt mij als niet-moeder dat jij als moeder zo openlijk deelt en bijna toegeeft wat er gebeurt met je zodra je moeder wordt, en wat dat inherent dus ook doet met je vriendschappen. De eenzaamheid voor de ander als jij je ophaalbrug omhoog trekt, simpel omdat dat is wat er even nodig is om jezelf en je gezin te managen. Misschien een shared experience among de moeders. Maar in dit schrijven zit een uitnodiging. En die vind ik heel heel mooi en daardoor voel ik me, als buitenstaande niet-moeder, zelfs ook gezien. Dank. Liefs!
Aah dank je wel weer Anne voor een pracht van een (doordachte) reactie. Wat bijzonder om te horen dat het je, ondanks dat onze situaties anders zijn, gezien doet voelen. Grappig ja, ik had me helemaal niet perse zo gerealiseerd dat mijn verhaal heel erg op één kenmerk gericht is (mijn moeder zijn), dus des te mooier om te horen dat het buiten die groep ook resoneert.. Thanks wederom, jouw reacties geven mij steeds weer mooie inzichten!
Het heden kan er niet zijn zonder het verleden. Je hebt een mooi stuk geschreven!
Mooi Patricia, dank je wel!