Schoenenstrijd
‘NEEEEEE, ik wil geen schoenen aan’. Onze peuter brult me woest toe vanuit zijn autostoel afgelopen september. We zijn op de terugreis van vakantie en na vijf uur in de auto wil ik vooral zonder gedoe uitstappen om te lunchen op het plukje gras tussen de plakkaten asfalt op de typisch Franse parkeerplaats. Het regent, dus mijn idyllische picknickplaatje van de heenweg valt al in het water.
‘Jawel Abel, ik doe ze nu aan’.
‘Neeee, mij pakken, mij losmaken, neeeee’. De man van de camper naast ons kijkt me fronsend aan.
‘Abel, het is nat en ik weet niet wat hier allemaal op de grond ligt, ik wil je schoenen nú aantrekken’. Alsof harder praten ooit gewerkt heeft hem te overtuigen.
Ik moet niet toegeven, ik vraag nooit veel van hem, maar ik moet toch focking wel één ding kunnen doen als ík dat wil?
Ik hou vol.
Hij ook.
Oké, dan zonder medewerking. Ik probeer een schoen aan te trekken, maar hij trapt panisch met zijn voeten. Ik haal een keer diep adem om uit mijn woede en onmacht te stappen, zonder resultaat. Die. schoen. moet. aan.
Dan hoor ik de stem van Marjolein in mijn hoofd: ‘doe het tegenovergestelde van wat je denkt dat goed is’ (bron: Lieve Moeders podcast). In een helder moment besluit ik niet krampachtig vast te houden aan die stomme schoenen, maar uit de situatie te stappen. Ik kijk naar mijn gillend kindje met biggelende tranen en zeg: ‘sorry Abel, ik ben gefrustreerd, ik ga heel even afkoelen, papa neemt het over’.
Mijn lief tilt hem uit zijn stoel en troost hem, terwijl ik achter de auto ijsbeer. Ik wil hem nog toebijten, ‘ja lekker, nou hoeft ie van jou geen schoenen aan’, maar doe net op tijd mijn mond weer dicht. Samen gaan ze in de miezer aan de picknicktafel zitten, Abel snikt nog na.
Al dralend bij de achterklep vraag ik me af; wat gebeurde er net? Hoe voel ik me? Welke gedachtes had ik?
Ik hoef niet ver te zoeken naar de regel in mijn hoofd dat ik de eindverantwoordelijke ben voor de rust in de auto en daardoor al vijf uur lang de persoon onder de drie entertain, terwijl mijn lief ontspannen zijn hobby uitoefent: autorijden. Ik ben kapot en overprikkeld, voel ik nu pas. Ook de gedachte dat we falen in onze opvoeding is niet ver weg, omdat dagdagelijkse dingen als schoenen aantrekken (en luier verschonen, tanden poetsen, douchen, weggaan, wat niet?) iedere keer weer met zoveel strijd, tijd en overredingskracht gepaard gaan. Aha, dus die schoen werd het equivalent van mijn slagen als moeder.
Over onze auto heen kijk ik naar mijn mannen op het picknickbankje. Ik wilde iets en hij werkte niet mee. Dat doet ie vaker niet. Maar hee, het is een peuter en peuters zoeken naar autonomie en controle en dat is normaal. Relativeren gaat me op afstand gemakkelijker af.
Ik sjok terug naar mijn mannen. Abel knabbelt aan een boterham, mijn lief kijkt me aan. ‘Ja oké’, mompel ik, ‘ik was moe en overprikkeld en wilde gewoon effe snel, dat was niet handig’.
Mijn lief buigt zich naar Abel en fluistert in z’n oortje ‘volgens mij zegt mama sorry’.
Ik glimlach. Dat klopt.
Ik kniel voor Abel neer, hij kijkt resoluut de andere kant op. Tegen zijn achterhoofd zeg ik; ’sorry dat ik niet kon meebewegen met je. Ik was gefrustreerd omdat het anders ging dan ik bedacht had.’
Omdat ie zich nog steeds stuurs tegen mijn lief aandrukt, zijn hoofd afgewend van mij, kijk ik naar zijn blonde bolletje. Plots zijn daar weer gedachtes. ’Ik heb het niet goed gedaan’. ‘Hij wijst me af’. ‘Hij wil me niet als moeder’. En die doen pijn.
Desondanks doe ik m’n best niets te doen of zeggen. To sit with it. Hij draait zich van me af en dat is kut. In plaats van het op te lossen, voel ik maar gewoon wat er is. Het is oké.
En terwijl ik zak vanuit mijn hoofd met regels en controle naar mijn hart vol liefde en verdriet, draait Abel zich plots om. Met een stralende lach roept ie: ‘nu mag je mijn schoenen aandoen’ en steekt zijn voetjes naar me uit.
Einde bericht.
Denk je ‘Dit was mooi, ik wil méér blogs lezen’… klik dan hier.
Kinderen: ze halen het slechtste, maar ook het allerbeste in je naar boven. Wist je voordat hij er was, dat je zo’n klein wezen zo kon verfoeien en zó veel van kan houden en dat gewoon tegelijkertijd? En dat is oké, want zo werkt dat moedergedoe nu eenmaal. Je doet het prima, je klinkt echt als een doorsnee moeder. Maar dan taalvaardiger, dat wel.
(PS sinds ik moeder ben, ben ik ook een beetje emotioneel incontinent. Correctie: heel erg. Maar is oké. Ik zoek alleen nog dé perfecte jank-proof mascara. Want huilen oké, maar er dan uitzien als Fester Addams, mwah..)
Hahaha hardop lachen hier om Fester Addams. En je toevoeging: ‘maar dan taalvaardiger, dat wel’. Heerlijk! Dank voor je reactie 🙂